Bailando Bailando

Bailando Bailando
Lekker weertje.

De Japanse Erwin Krollen en Gerrit (Gerriten?) Hiemstra's hadden regen voorspeld voor gisteren, dus we verkeerden in dubio over wat te doen. Of het nou Nara was, Osaka of Kyoto, overal zou het gieten en daar hadden we geen zin in. Op naar Himeji dus. Behalve dat we last minute geen zin hadden in zo'n lange reis en de regen wellicht mee zou vallen in Kyoto, dus hebben we toch voor die laatste gekozen. En als bonus konden we dan met de shinkansen, waar vooral ik groot fan van ben. Hoe kan je nu niet houden van een trein die liedjes zingt?! Als eerst gingen we naar Eikandō Temple in het oosten van Kyoto. Maar wij zouden wij niet zijn als we niet afgeleid raakten door een andere tempel. Tenjuan Temple kwam op ons pad en hoewel we voorbereid waren op een enorme drukte, viel het reuze mee. Zeker omdat het een groot complex was met even zo grote tempels met houten pilaren. Lastig voor te stellen dat dat ooit boom was en ze dat honderden jaren geleden hebben gemaakt. Zelfs wij werden daar even stil van. En als het daar niet van was, dan wel van de omgeving. Sowieso is het als Nederlander wild verwarrend om uit de metrotunnels te stappen en gelijk bergen te zien, maar dit complex bood een nog mooier uitzicht zo tegen de voet van de berg. Ontzettend mooi.

De bergen zijn ongeveer zo hoog.
Ja, toen had hij geen grote mond meer!
Nieuwe wandelstok gevonden.

Maar goed, we waren dus onderweg naar Eikandō, een andere boeddhistische tempel uit ongeveer 800. De zen konden we wel gebruiken want we hadden de hele tijd Bailando in ons hoofd - en jij nu ook. Deze tempel bleek een stuk populairder, getuige de enorme lading schoenen bij de ingang. Dat wordt nog wat.

Blijkt dus niet dat je op die lelieblaadjes kan staan.

Serious business.

Blij dat we hooikoortspillen op hadden.

Drukte en een Zen sfeer behouden is lastig in de praktijk, zo blijkt. Op onze sokken liepen we door het eeuwenoude houten complex, ons verwonderend over de even zo oude schilderijen die er hingen, de zentuintjes, de karpers, de prachtige natuur om ons heen en uiteindelijk ook aan de mensen. Daarmee bedoel ik niet de monniken, maar de drukte die gaandeweg toenam. Veel mensen die een kimono hadden gehuurd en hun partner de perfecte instafoto lieten maken van henzelf in biddende posering. Een foto maken is prima, maar als er bordjes staan dat het niet mag en je een kwartier de hele doorgang blokkeert, doe je zo'n plek tekort in mijn opinie. Al snap ik de ironie van het hebben van een opinie ook wel.

De tuinman had goed zijn best gedaan.

Vast gemaakt door een stijve hark.

Uiteindelijk stoor ik me er niet zo aan, maar wel aan al het gedrentel en alle beweging om me heen. Met zoveel mensen om me heen word ik nerveus en duurt het niet lang voordat mijn brein zegt "oke ze gaan je nu neersteken", en ik kan je verzekeren dat dat niet heel ontspannend werkt. Hoewel ik er nu beter mee om kan gaan dan een aantal jaar geleden, werd het me uiteindelijk toch teveel. Maar niet voor we Shaka-dō Hall and the Two Rivers and White Parh over de parabel van de reiziger, hadden gezien, wat een diepe indruk op ons maakte. Ondanks de drukte waren we erg content dat we Eikandō bezocht hadden.

Contente man.

De zenpolitie kwam ons arresteren.

Gammel maar flexibel.
"Haha, net Dragonball Z!"

Die drukte waren we nu wel weer beu, en omdat we morgen al wat op de planning hadden waarbij voeten wel handig zijn, was het tijd om te gaan. Maar niet voor we wat verse mochi en dango hadden gehaald bij een tentje zo klein dat Geert niet eens op een bankje bedoeld voor 2 personen paste.

Lekker de degens kruisen.
Ohja, deze kwamen we ook nog tegen.

Van de Japanse gember ben ik niet overtuigd: thuis vond ik het vies en hier ook, dus helaas ben ik nog immer geen transgember. Maar de matcha is een ander verhaal. Waar je het ook haalt hier, het is áltijd lekker. Al helemaal de matcha float die we hier hadden. Zelfs het softijs is bijzonder goed hier - zeker als je Nederlandse gewend bent.

Daar gaan we weer.

Nadat onze smaakpapillen goed verwend waren (God wat klinkt dat goor, ik haat mezelf) was het tijd om richting Osaka te gaan. Aanvankelijk wilden we nog langs Chiikawa Land gaan om cute souvenirs te kopen, alleen kregen we al de kriebels toen we de drukte zagen toen we de metro uitkwamen. Laat maar zitten. Als ik in een optocht wil lopen ga ik wel Vastenavend vieren.

Uitzicht is wel mooier hier dan in Bergen, al is Ossendrecht ook wel heuvelachtig.

Waarschuwing: deze post is nu een Shinkansenliefdesverklaring.

Shinkansen my beloved.

Kyoto - Osaka stelt dus helemaal niks voor, en zeker met de Shinkansen is het werkelijk een peulenschil. Die trein gaat zó ontzettend hard. Zelfs wanneer hij het station binnen komt rijden gaat dat vrij rap, en hij stopt zó precies op de juiste plek. De voorkant ziet er ook gewoon heel alien uit en de vinnen bovenop zijn fucking cool. Daarnaast kan deze trein ook tilten in de bochten, zodat hij niet uit de bocht vliegt op hoge snelheid. Maar het meest magische is wellicht de shinkansen koffieautomaat, waar niet alleen een bordje staat dat het maken van koffie 92 seconden kan duren en dat je daarmee rekening moet houden (hoe punctueel!), maar ook een scherm waarop je kan zien hoe je koffie wordt gemaakt. Fantastisch. En zelfs de matcha uit een automaat is zoveel lekkerder dan wat ik hiervoor in Nederland heb geproefd.

Ik blijk niet de enige te zijn in staat van verval.

In Osaka hebben we nog meer geproefd, waaronder okononiyaki in een tent die blauw stond van de rook omdat ze het eten gewoon voor je neus bereidden, maar waar je niet mocht roken. Na zo'n eierdiscus zat ik behoorlijk vol, maar bodemloze put Geert kon nog wel wat gebruiken dus hebben we er wederom balvormige dingen in gegooid. Dit keer in de vorm van takoyaki, in een tentje waar ze 2000s emo draaiden en de eigenaar blijer en enthousiaster was dan 5 golden retrievers bij elkaar. Zijn "YOU'RE OKAAAAAAY!!!" zal ons achtervolgen voor nog minstens een miljoen reincarnaties. Wat volgens de Boeddha helemaal niets is. En met dat in ons hoofd is de vermoeidheid die we nu in dit leven voelden helemaal niets, en konden we met een gerust hart slapen zodat we goed uitgerust zouden zijn voor het enige vooruitgeplande uitje de volgende dag.

Alle frisbees zijn in mijn opinie eetbaar, maar deze was bijzonder lekker.
Mijn nieuwe vriend.
De gebouwen hier zijn hoog.
Écht heel hoog!
Ik wilde dit afsluiten met een flauwe woordgrap maar dat was me toch een brug te ver.