Ombouwen en nieuwe wegen

Ombouwen en nieuwe wegen
Johannes de Doper steelt mijn onreine homogedachten en geneest mij zodoende, Hallelujah!

De laatste keer dat ik hier wat postte, was ik op meditatieretreat. Je verwacht het niet van een retreat, maar er is veel gebeurd. En zoals dat vaak gaat, zijn het juist de onverwachte dingen die je het meest brengen. Daar wil ik graag over schrijven. Gewoon omdat het kan. Daarom bouw ik deze blog vakkundig om, zoals ze mij (niet geheel vakkundig) hebben omgebouwd. In plaats van alleen te schrijven over reizen, leg ik nu verslag over de weg naar herstel. Herstel op mijn manier.

Die begon nog voor de retreat. Ik had een lastig gesprek waarin ik uiteindelijk overweldigd werd door herbelevingen en angst. Een voor mij onbekende emotie, waarbij ik de tafel waar ik aan zat rijkelijk heb besmeurd met tranen. Best knap voor iemand die eigenlijk nooit huilt. Wanneer de stress hoog oploopt, krijg ik meer last van dissociatie en gaten in mijn geheugen. Dus het ene moment keek ik naar de regen, het andere moment had ik de hand vast van mijn gesprekspartner. Normaliter is aanraking iets wat me ontzettend veel stress geeft, maar in dit geval ervaarde ik het als kalmerend. Iets veiligs. Dat had ik nog nooit gevoeld. En dat terwijl de persoon in kwestie een ware plaaggeest is die de “muziek” van Sting kan waarderen.

Met deze merkwaardige gebeurtenis in mijn achterhoofd vertrok ik naar Carranza, naar de meditatieretreat van Francis Lucille. Door een combinatie van ellende en psychedelica heb ik een aantal ervaringen gehad die wel passen in het non-duale plaatje. Misschien dat ik er later nog over schrijf, maar het komt er kort gezegd op neer dat ik ervaarde dat ik ben gestorven en er niets anders overbleef dan… Al het andere. Er was geen verschil meer tussen mij en de wereld, alles bestond uit hetzelfde en ik was één met alles. Totale overgave, totale rust, totale alles en niets. Deze ervaringen hebben mijn leven fundamenteel veranderd en het is juist door de psychedelica dat ik er nog ben. Dat door de rust die deze ervaringen met je meebrengen, door je de ruimte te laten zien tussen jezelf en je gedachten.

Het belangrijkste is echter niet de ervaring zelf, maar de integratie daarvan. Het leek me goed om dat te doen met anderen, en Francis Lucille is iemand die er ontzettend veel van weet. Dus op naar Spanje, om mezelf te omringen met een groep vreemden waarbij ik dit ene ding gemeen heb, en hier dagelijks over te praten en mediteren. Hopen dat ik niet thuis kom met dreads en een stapel ingestraalde meditatiekussens.

Doe mij maar een duivenmasker in plaats van een meditatiekussen. Ja, ik ben naar Rome gegaan na de retreat. Ja, ik heb elke dag pizza gegeten.

Over de eerste paar dagen heb ik al geblogd, maar niet over wat er in de laatste 48 uur gebeurde. Dat was een aaneenschakeling van triggers. Ondanks het feit dat ik een flikker ben, heb ik een hekel aan musicals. Toch werd voor mij Benjamins Onverwerkte Trauma’s: De Musical opgevoerd, met mezelf in de hoofdrol. De hoofdact was dat de vrouw die steeds psychotischer werd, uiteindelijk een gewelddadige uitbarsting had waarbij alle volwassenen gauw de beentjes namen. Net zoals vroeger moest ik er weer mee dealen, moest ik het oplossen en stond ik er voor mijn gevoel op dat moment alleen voor. Een herhaling van mijn kindertijd dus, want ik ben opgegroeid in dit soort situaties. En dat is uiteindelijk waar het getraumatiseerde brein bang voor is: dat dit elk moment opnieuw kan gebeuren. “Zie je wel, alles blijft hetzelfde”.

Behalve dat het niet hetzelfde was. Ik had mensen om op terug te vallen. Toen ik daarna instortte, heeft mijn grote Spaanse vriend mijn hand vastgehouden tot ik weer bij was. Hij heeft me geen moment alleen gelaten de rest van de avond en er alles aan gedaan om ervoor te zorgen dat ik me veilig voelde. Mijn nieuwe Spaanse vriend is een rondje met me gaan lopen en heeft met me gepraat tot laat in de nacht, waarna Geert mij belde en ik daar mijn ei kwijt kon. De volgende ochtend kwamen daar mijn nieuwe Britse vrienden bij. Een daarvan had de dagen ervoor al de gewoonte gevonden om mij te gebruiken als haar kussen tijdens de satsang, terwijl we op de grond puzzels lagen te maken, en dat deed ze de dag na de musical weer. Toen zij even weg moest, kwam de ander naast me liggen om even mijn hand vast te houden. En tot we uiteindelijk weg moesten, kwam mijn lange Spaanse vriend af en toe gewoon naast me zitten met een arm om me heen.

Dieren wil ik wel altijd aanraken.

De mensen die mij kennen zullen dit waarschijnlijk met een wenkbrauw opgetrokken tot het plafond lezen. Ik ben niet iemand die bekend staat om een hunkering naar fysiek contact - ik tolereer het met gezonde tegenzin. Tot op heden heeft iedere zorgverlener het op mijn autisme gegooid, alsof ik niet zwaar getraumatiseerd ben. Maar ja, dat is nou eenmaal makkelijker, want dan hoef je er niets aan te doen. Ik vind het nou eenmaal ontzettend stressvol en hou nog liever hete kolen vast dan een hand.

Maar wat nou als het niet mijn autisme is?

Een paar dagen ervoor lag ik tijdens de satsang zoals gebruikelijk mijn puzzels te kleuren omdat ik het concentratievermogen van een puppy heb. Alles was prima, tot iemand een flesje omstootte. Ik zat gelijk tegen het plafond. En toen zag ik mijn reactie - dat ik zó schrok van iets en dat dat op zijn beurt weer zoveel stress losmaakte. Dat was het moment dat ik besefte dat mijn CPTSS vooral een fysiek probleem is nu, en dat ik dat niet oplos door er mentaal mee bezig te zijn. Ik kan wel beredeneren dat ik veilig ben, maar mijn lichaam weet het niet, voelt het niet. Ik voel het niet.

In 2011 heb ik mijn eerste stap in de hulpverlening gezet. Tot op heden geen succes. Elke keer praten met een nieuw iemand, elke keer dezelfde verhalen opdreunen, dezelfde stress ervaren, afwijzingen - allemaal mentale benaderingen. De enige fysieke prikkel is die van de vieze koffies uit middelmatige apparaten. Niet per se iets waar ik me veiliger van ga voelen.

Zo voelt het dus om een oma te hebben.

Het was toen, dat ik daar lag met mijn hart in mijn keel in de Spaanse hitte, dat ik wist dat de weg naar herstel in mijn lijf zat. Een lijf dat veel te verduren heeft gehad, van trauma’s tot ziektes, een verkeerde puberteit en veel te veel mensen, al dan niet “professionals”, die mijn grenzen niet hebben gerespecteerd. Een lijf dat ik veel te lang heb genegeerd. Wat niet heel moeilijk is - in de GGZ ligt de nadruk nog immer op het mentale aspect, en is een holistische benadering ver te zoeken. En de GGZ is nou eenmaal de route die je volgt: je hebt therapie nodig om beter te worden. Dat is wat mensen doen. Dat is wat normaal is.

“Don’t focus on what’s normal. Do what feels natural”, zei Francis.

Oh shit. Ik heb al die tijd geloofd dat de route die mij werd voorgeschoteld, waar ik op ben gezet en iedere keer op ben geduwd op het moment dat ik er vanaf dreigde te vallen, de juiste was voor mij. Maar goed heeft het nooit gevoeld. Toch heb ik mezelf er iedere keer toe geforceerd, gedreven om beter te worden. Voor mij, voor Geert, mijn vrienden, een toekomst die iedere keer tussen mijn vingers leek te glippen.

Om de lap tekst te doorbreken voeg ik vanaf nu foto's toe van konten van beelden.

“The best what you can do, is to be without beliefs. That what’s left, is what you can trust. If you have to force yourself to believe something, it’s not right for you.”, vervolgde hij.

Ik dacht aan de hand die enkele weken ervoor om de mijne zat en de rust en veiligheid die ik ervaarde. Dat ik het ergens wel interessant vond om dat aanraken te exploreren hier met allerlei mensen. Veilig voelde het niet altijd, maar er was iets dat ik niet kon duiden. Alsof ik daar moest zijn, in die richting moest zoeken.

Het is juist die verbinding die verschil maakt. Verbinding is bij uitstek iets wat het getraumatiseerde brein niet toelaat. Anderen zijn een gevaar, alles kan ieder moment mis gaan. Het is juist door een gebrek aan verbinding dat je überhaupt getraumatiseerd bent geraakt: anderen grepen niet in, gaan over je grenzen heen, laten je in de steek. Zo ben je altijd op je hoede, sta je altijd aan, en heb je nergens anders meer ruimte voor.

Compleet het tegenovergestelde van de ervaringen die ik heb aan de psychedelica. Zo ook eergister. Drie uur lang heb ik op een bankje gezeten, kijkend naar de wolken, de bomen, het gras, de dieren, de fietsers die achter me langs gesjeesd kwamen. In volledige kalmte. Want het is op die momenten dat die ander geen bedreiging meer is, dat ik zie, dat ik voel, dat alles van hetzelfde gemaakt is. Hetzelfde als wat mensen als Ram Dass, Rupert Spira en Francis Lucille zeggen: het is allemaal één. Dat klinkt waarschijnlijk heel erg Zweef McTeef en alsof ik nu iets ga zeggen over 5g en vaccinaties, en dit is waarom we LSD in het drinkwater moeten gooien. Wanneer jij de ander ziet als jezelf, is er geen angst meer, geen bedreiging. Geen verzet.

Ik verzet mij niet tegen kont.

En dat is wat ik besefte tijdens de retreat: ik ben gemaakt van verzet. Mijn armen gebruik ik om dingen op afstand te houden. Nooit laat ik ze zakken. Maar wat nou als ik ze gebruik om te reiken? Kan ik dat leren? Ben ik nu echt dommer dan een baby, wier eerste instinct juist het reiken naar de ander is? Voor niemand is dit nieuwe informatie.

Dat verzet verdwijnt als er geen ander is. Lang heb ik dit gedaan door me te isoleren, maar wanneer je de ander niet meer ziet als een ander, verdwijnt dat evengoed. Op dat bankje werd ik overweldigd door hoeveel schoonheid en liefde er in alles zit, maar tegelijkertijd kwam de vraag: “waarom kan je er niet op vertrouwen dat jij uit hetzelfde gemaakt bent?”. Ik heb het nooit geleerd. Maar daarvoor is het nooit te laat.

Als je wil dat dingen anders zijn, moet je dingen ook anders gaan doen. Als mijn traumatische brein zo bang is voor de ander, zo gelooft in seperateness, dan moet ik het tegenovergestelde opzoeken. Verbinding. Mijn geschiedenis herschrijven, zoals dat ook op de retreat gebeurde. Laten zien dat ik veilig ben. Maar nu in mijn lijf.

Dissociatie is uiteindelijk een copingmechanisme. Je kan niet omgaan met de realiteit, en je brein splitst het af voor je. Bij mij tot een extreme kant van het spectrum, waardoor die afgesplitste delen een eigen leven gaan leiden. De ultieme vorm van afscheiding, van seperateness, ver weg van verbinding.

Ik voel vooral verbinding met kont, en niet met de mevrouw achter mij.

Met een mooie dosis LSD in mijn bloed zag ik dat mijn predicament, mijn DIS, een zegen is in dit geval. Een kans om mijn kindertijd daadwerkelijk te herschrijven, om het getraumatiseerde deel in mij echt aan te leren dat het veilig is. Om bij die basis te beginnen, bij iemand waar ik me veilig en vertrouwd bij voel. De basis voor mensen is immers een ouder-kindrelatie, waarop men een verder gevoel van veiligheid kan bouwen. Voor mijn volwassen zelf is dat te laat, maar juist door wat ik heb, heb ik een tweede kans.

En die kans wil ik met beide handen aanpakken. Letterlijk. Want ik ben klaar met praten tegen vreemden - is dat immers niet waar je ouders je altijd voor waarschuwen?

Mijn herstel zit in mijn lijf. Dat moet leren dat het veilig is, in die veilige omgeving met een veilig persoon. Door voorzichtig te exploreren dat de nabijheid, de verbinding met anderen, veilig is. Een soort co-regulatie dus. En met minder stress als basis, krijg ik meer ruimte in mijn hoofd. Meer vrijheid. Hier heb ik even van kunnen proeven voor ik zo werd getriggered, en dat is waar ik mijn zinnen op heb gezet.

Ik heb ook mijn zinnen gezet op kont.

Met die ruimte kan ik weer in verbinding raken met de mensen om me heen, in plaats van continu in staat van dissociatie te verkeren of me af te zonderen. De zon op mijn huid voelen. Doen waar ik zin in heb. Naar de Ikea fietsen om 3 hotdogs te eten. De mogelijkheden zijn eindeloos.

Natuurlijk moet ik hier zelf ook wat voor doen. Mediteren deed ik al, maar na een week retreat heb ik nogmaals ondervonden hoe krachtig dit kan zijn (ook voor de psychotische vrouw, maar dan de andere kant op). Dit is iets wat ik nog wel in mijn eentje blijf doen, maar in plaats van dat ik nu enkel probeer mijn concentratie te vergroten, ga ik me meer richten op het non-duale aspect en dan met name metta-meditatie, ook wel bekend als lovingkindness.

Lovingkindness voor kont.

Jaren geleden had ik dit echt te zweverig gevonden, en ik sta zeker niet bekend als de meest liefdevolle persoon, maar nogmaals: je moet dingen anders gaan doen. Onderzoeken zijn positief: zeker metta-meditatie kan significant bijdragen aan het verminderen van angst. Logisch, als je je richt op de ander als jijzelf, of ieder geval niet als bedreiging. Daarmee hoop ik mezelf in ieder geval te herprogrammeren, stapje voor stapje.

Want dat is uiteindelijk wat het is: herstel is herprogrammeren. Lang heb ik de mensen gevolgd die allerlei handleidingen hadden, maar nooit een die op mij aansloot. Nu schrijf ik hem zelf, maar dan zonder woorden, met mijn lijf. Dat hoeft niet foutloos of perfect te gaan. Zoals Anna von Hausswolff zegt in haar laatste single:

I'm breaking up with language
Oh, In search of something bigger than this
While the animals are screaming
My ecstasy gives grace
It's time to make mistakes

Ik ben hetero voor haar.

Kom tot mij.
Zonder deze mensen was deze post niet gelukt.